Categorieën
Schrijfproces

Vragen om over na te denken

Deze maand werd ik benaderd voor een interview. Ik vond de vragen aangenaam om over na te denken, en daarom wil ik jullie het interview niet onthouden. En het gaat niet alleen om mijn antwoorden. Probeer de vragen maar eens voor jezelf te beantwoorden. Levert je dat iets op?

Freya Weekers, studente, benaderde me voor haar school met een interview. Ik vond de vragen leerzaam om over na te denken. Ik wilde jullie het interview niet onthouden. Het gaat niet alleen om mijn antwoorden. Probeer de vragen maar eens voor jezelf te beantwoorden. Levert je dat iets op? Reacties welkom!

Freya Weekers: Hoe ontstond je interesse voor het schrijven, meer bepaald voor het korte verhaal?

Ton Rozeman: Ik leerde lezen op de kleuterschool, en ik vond het heel bijzonder dat je iets kon ervaren uit een andere wereld (en dat vind ik nog steeds een wonder). Als mijn ouders me ‘s avonds ergens mee naar toe namen (naar een café of op visite) dan nam ik een boek mee en hadden ze ‘geen kind’ meer aan me. Van lezen naar schrijven was een kleine  stap. Toen ik naar de Schrijversvakschool ging, dacht ik er aanvankelijk niet aan om met verhalen af te studeren. Op dat idee kwam ik pas toen ik op Raymond Carver stuitte. Wat die man kan! Zo gewoon, zo menselijk, zo to the point. Vanaf toen heb vooral verhalen geschreven.

Je hebt 2 bundels gepubliceerd kun je me daar iets over vertellen? hoe zijn ze tot stand gekomen? Zijn ze op specifieke zaken gebaseerd?

TR: Mijn verhalen noem ik ‘thematisch autobiografisch’. De meeste zijn niet echt gebeurd, maar de thema’s die je steeds terug ziet komen erin, daar worstel ik in het echte leven ook mee (relaties, communiceren, me verhouden tot iets of iemand). Ik probeer te schrijven over dingen die je liever niet van jezelf ziet, over dingen waar je liever niet over leest. Waarom? Ik denk dat je alleen van anderen en jezelf kunt houden als je alle facetten onder ogen durft te zien.

Wat heb je geleerd door die verhalen te schrijven?

TR: Door verhalen te schrijven heb ik geleerd dat het niet om de schrijver gaat, niet om mij gaat. Die verhalen zijn er, en ik ben een verloskundige die ze op de wereld mag zetten. En ook dit heb ik geleerd: het gaat ook om de mensen, de personages, niet om een knappe plot.

Ben je op dit moment met een nieuwe bundel bezig?

TR: Ik schrijf momenteel vooral aan een boek over korte verhalen, het komt in april uit: Korte Verhalen Schrijven. En daarna ga ik verder aan mijn fragmentarische roman. Dat fragmentarische doet gelukkig wel denken aan korte verhalen, vandaar dat ik me erin thuis voel.

Je wijdt je helemaal tot de taal, je geeft les, je schrijft, je ben hoofdredacteur van een website over kort verhalen en was bestuurslid van de vereniging van letterkundigen. Heb ik het juist al ik denk dat je door de verschillende kanten van het schrijven een veel ruimer beeld kunt creëren rond het schrijven van verhalen?

TR: Al die activiteiten rondom het schrijven leveren me voor mijn verhalen wel iets op ja. Door verhalen te lezen voor de site, door er met het team over te praten, steek ik veel op. Ook van studenten leer ik. Ze wijzen me op verhalen die ik niet kende; ze laten me zien dat ik soms eenzijdig over verhalen denk en dat er ook andere mogelijkheden zijn dan ik wil zien. Steeds als ik denk dat ik er inmiddels wel aardig wat vanaf weet, besef ik dat ik nog maar net ben begonnen.

Ik zelf schrijf ook, als amateur en als ik dan denk van het verhaal is af en ik herlees het vraag ik mezelf of is het wel goed. Wanneer weet u wanneer u verhaal goed is en af is?

TR: Het verhaal voelt ‘af’ als het personage klopt. Als het de persoonlijke waarheid van het personage is dat ik op papier heb gekregen. Als het zijn zienswijze is, zijn stem, zijn of zijn ritme. En het probleem van het personage hoeft niet tot een einde te worden gebracht om het verhaal af te ronden. Als het probleem in zijn volle pijn gevoeld wordt, is het verhaal af.

Als je een verhaal schrijft is er dan iets dat je je lezer wilt bijleren? Of iets dat je van je lezer verwacht?

TR: De lezer iets leren vind ik te veel gevraagd. Maar ik laat hem graag kijken waar hij niet naar wil kijken. Ik vraag veel van de lezer: om kennis te maken met personages die hij wellicht vervelend vindt, om te lezen over gebeurtenissen die hij wellicht ook vervelend vindt. Lezen is voor sommige lezers een vlucht. Maar ik laat de lezer niet vluchten, ik druk ze in de alledaagse werkelijkheid, en dat vinden sommige lezers onaangenaam.

Welke verhalenbundels heb je voor het laatst gelezen?

TR: Wat ik het laatst heb gelezen? Amanda Maxwell: Als ik dat had geweten. Tobias Wolff: Hier begint het verhaal. Merisa Silver: Alone with you.

Is er een schrijver die je werk beïnvloedt? Heb je een favoriete schrijver?

TR: Er zijn veel verhalenschrijvers die ik waardeer. Sommigen hebben me beïnvloed, anderen zullen dat wellicht nog gaan doen. Om er een paar te noemen:
Amerika: Raymond Carver, Charles Bukowski, Bret Eason Ellis.
Nederland: Sanneke van Hassel, Maartje Wortel, Thijs de Boer, Gerard van Emmerik.
En verder: Judith Hermann, Cesare Pavese, Dalton Trevisan.

Je hebt ook een novelle geschreven, is het schrijven van een lang verhaal anders dan het schrijven van een kort verhaal?

TR: In zekere zin vond ik de novelle makkelijker. Toen ik eenmaal perspectief, locatie, personages, verhaalwereld had, kon ik daar alsmaar verder mee. Ik had een wereld gecreëerd waarin ik kon rondlopen. Bij een kort verhaal moet je die dingen steeds opnieuw bedenken, steeds opnieuw een wereld creëren.

Heb je tips die je me zou kunnen geven voor het schrijven van verhalen? Waar ik bijvoorbeeld zeker op moet letten?

TR: Schrijftips zijn er te veel om op te noemen. Surf eens over dit blog.

Wat is volgens u de definitie van een kort verhaal? Wat maakt het zo anders van de roman, de column, gedicht, essay,… Zijn er regels waar ik me moet aan houden?

TR: Het korte verhaal is een speels genre, er is veel mogelijk. Veel te ontdekken. Een verhaal kan raakvlakken hebben met al die andere genres. Ik zou het niet durven definiëren. Regels geven slechts schijnzekerheid.

Hoeveel jaar schrijf je al en hoelang het je gedaan over het schrijven van je bundels?

TR: Ik schrijf vanaf mijn puberteit. Het is moeilijk te zeggen hoelang ik over een verhaal of een boek schrijf. Ik doe er veel andere dingen naast. En ik laat verhalen vaak een tijd liggen, om er daarna nog wat aan te schaven of verder te schrijven.

Heb je een lezer in gedachten als je schrijft? En als je een verhaal schrijft hoe kies je dan de persoon waarvoor je schrijft?

TR: Ik schrijf wat ik zelf graag zou lezen.

Voor mij is lezen of schrijven tot rust te komen en me kunnen laten verdwalen in een andere wereld. Wat betekent het voor u?

TR: Schrijven is een poging het leven te betrappen. Dus juist géén poging te ontsnappen. Hoewel… misschien is schrijven een poging te ontsnappen aan onwerkelijkheid. In het gewone dagelijkse leven raak ik vaak bij de essentie vandaan. Door het schrijven raak ik gefocust, het geeft rust, al moet ik eigenlijk al rustig zijn als ik ermee begin. Soms slaap ik even voor ik ga schrijven.

Je hebt schrijvers die veel research doen en je hebt er die gewoon beginnen schrijven. In welke categorie zet je jezelf?

TR: Ik maak een beginnetje (een personage in een moeilijke situatie) en dan zie ik wel waar het naartoe gaat.

Wat heb je al bereikt in je leven? Zowel op het vlak van schrijven als van leren.

TR: Wow, wat een moeilijke vraag. Wat ik bereikt heb? Liefhebben, misschien begin ik dat een beetje te leren. Schrijven heeft ook met liefhebben te maken (ook met de donkere kant daarvan en helaas met het onvermogen daartoe).

Dit interview is afgenomen door Freya Weekers. Ik hoop dat het jullie inspireert om zelf over deze vragen na te denken. Levert je dat iets op? Reacties welkom!

Door Ton Rozeman

Schrijver en docent creative writing. Publiceerde verhalenbundels (longlist Ako en Libris) en het handboek 'Korte Verhalen Schrijven'. Zijn meest recente bundel is 'Wat ik van liefde weet'.

Één reactie op “Vragen om over na te denken”

‘Schrijven is een poging het leven te betrappen. Dus juist géén poging te ontsnappen. Hoewel… misschien is schrijven een poging te ontsnappen aan onwerkelijkheid. In het gewone dagelijkse leven raak ik vaak bij de essentie vandaan. Door het schrijven raak ik gefocust, het geeft rust…’

Een heel raak antwoord, Ton, waardoor ik begrijp waarom schrijven (en goede schrijvers lezen) zo belangrijk vind. ‘In het gewone dagelijkse leven raak ik vaak bij de essentie vandaan’. Prachtig en kernachtig in woorden gevat!

Reacties zijn gesloten.